Ach, beste lezer, de inauguratiefoto’s van onze leiders zijn meer dan een kiekje. Ze zijn een venster naar de ziel, of in elk geval naar hoe die ziel zich wil laten zien. Neem nu de foto's van 2017 en 2025. Wat een verschil in toon, wat een wereld van contrasten!
In 2017 zagen we een goedlachse teamplayer. Een optimistisch mens dat leek te zeggen: ‘Kijk, hier ben ik. Samen gaan we er iets moois van maken!’ De foto ademde een soort volksvriendelijkheid, een uitnodiging bijna om mee te doen.
Maar dan 2025. Daar zien we een heel ander portret. Geen uitnodiging meer, maar een statement: ‘Ik ben hier, en ik heb mijn vijanden genoteerd.’ Het roept iets stevigs op, bijna dreigend. De kaken strak, de blik hard. Een foto die meer over macht lijkt te zeggen dan over samenwerking. Het deed mij – ik moest even graven – denken aan dat iconische portret van Alfried Krupp, vastgelegd door Arnold Newman. Een foto die evenzeer spreekt van controle, maar met weinig ruimte voor warmte.
Als je het over industriële dynastieën hebt, kun je niet om de familie Krupp heen. Een familie die niet alleen staal smeedde, maar ook de geschiedenis. En zoals dat vaker gaat bij zulke machtige geslachten, ligt de lijn tussen glorie en schandaal akelig dun.
Het begon allemaal in het Ruhrgebied, in Essen om precies te zijn. Daar stond in de 19e eeuw een kleine smederij aan de wieg van een staalimperium dat z’n weerga niet kende. Friedrich Krupp legde de basis, maar het was zijn zoon Alfred – die we later de bijnaam "kanonnenkoning" gaven – die het bedrijf naar ongekende hoogten bracht. Een visionair, zeggen sommigen. Een opportunist, zeggen anderen. Feit is dat Alfred begreep waar de toekomst lag: in staal en wapens. Zijn fabrieken produceerden het ene na het andere technische hoogstandje, maar ook een arsenaal aan wapentuig dat het bloed van Europa deed vloeien.
De telgen die na hem kwamen, gingen voort op hetzelfde pad. De telg Alfried Krupp op de foto is dus naar deze voorvader vernoemd. Tijdens het Naziregime leverde de familie niet alleen staal, maar ook tanks en en andere wapens, het dodelijke gereedschap van een dictatuur. Het is een erfenis waar je niet lichtzinnig overheen kunt stappen.
Nu is het zo, beste mensen, dat Alfried zelf nogal op zijn strepen stond. Toen zijn iconische portret werd gepubliceerd, was hij – zacht gezegd – niet geamuseerd. Beledigd zelfs, zo wordt gezegd. Newman had hem afgebeeld te midden van zijn staalmachines, met een blik die de kilte van zijn imperium leek te weerspiegelen. Een harde man, gevangen in een hard beeld. Maar eerlijk is eerlijk: het portret raakte precies de kern. Het toonde de man zoals hij gezien werd, niet zoals hij misschien zelf wilde overkomen.
En dat is toch het fascinerende van zulke portretten. Ze leggen meer vast dan alleen een gezicht; ze vangen een verhaal, een sfeer, een boodschap. Bij Alfred Krupp ging dat verhaal niet alleen over staal en industrie, maar ook over de keuzes – en de gevolgen daarvan – die de familie decennialang zouden achtervolgen.
En daar komt iets bij. Kijk bijvoorbeeld naar Donald Trump, die zijn eigen mugshot – ooit een symbool van vernedering – heeft gehercreëerd en met trots omarmt. Die blik, die boodschap: ‘Hier ben ik, en ik draag mijn rancune als een ereteken.’ Het is geen gebaar van verzoening, maar van trotse strijdlust. Krupp schaamde zich voor de beeldvorming, waar Trump hoopt dat zijn vijanden bang voor hem worden. Trump laat zien dat rancune niet alleen gevoeld wordt, maar ook strategisch wordt ingezet. 'Ik ga alles platbranden, en als je nog niet bang bent, ga ik zorgen dat jij het snel wordt.'
Waar Krupp erin werd geluisd door een fotograaf met een boodschap, lijkt Trump zichzelf vrijwillig in het middelpunt van controverse te plaatsen. Het verschil? Krupp worstelde met zijn imago; Trump maakt er een vlag van. Beiden laten zien hoe een foto meer kan vertellen dan duizend woorden – maar ook hoe verschillend we die woorden kunnen interpreteren. En daarin, beste lezer, ligt misschien wel de grootste macht van allemaal.
Yorumlar