top of page
Zoeken

Nazinatalisme en het kooisyndroom van Elon Musk.

  • Foto van schrijver: Frame out
    Frame out
  • 4 dagen geleden
  • 8 minuten om te lezen

Elon Musks natalismefetisj blijkt nog grimmiger dan we dachten. Zwangerschappen worden geregeld via zwijgcontracten, uitbetalingen en vertrouwelingen als Jared Birchall. De vrouwen krijgen miljoenen aangeboden – op voorwaarde van absolute discretie. Wie weigert, merkt al snel dat geld ook een wapen is. Influencer Ashley St. Clair kreeg eerst 15 miljoen dollar en een maandelijkse toelage van honderdduizend aangeboden. Toen ze weigerde en haar verhaal publiek maakte, volgden rechtszaken en gekrompen betalingen.


Onder al dat geld en drama ligt een ideologisch project. Musk is bezeten van de angst voor 'bevolkingskrimp' en ziet zichzelf als redder van de beschaving – met een legioen kinderen, 'intelligente' moeders en Mars als einddoel. Dat de wereldbevolking feitelijk nog steeds groeit, lijkt irrelevant. We weten donders goed welke bevolkingsgroep volgens Musk niet mag 'krimpen' – dit is het soort gedachtegoed dat prima samengaat met 'onhandige armgebaren'. "We moeten nieuwe mensen maken," zei hij op een investeringsconferentie. Letterlijk.


Vrouwen worden daarvoor benaderd via zijn eigen platform X – zoals recent crypto-influencer Tiffany Fong. Hij vroeg haar zijn kind te dragen, zonder dat ze elkaar ooit in levenden lijve hadden gezien. Toen zij weigerde, pakte hij de inkomsten af die zij via X genereerde. Eerst proberen te paaien en daarna wraak nemen bij afwijzing.

Sommigen zullen zeggen: so much for family values. Maar dit ís vaak de oerconservatieve en totalitaire familiewaarde. Niet het beeld van de zorgzame vader aan tafel, maar de afwezige patriarch. De man die zijn zaad verspreidt en een soort high-end bijstandsconstructie opzet om zijn nageslacht te laten huisvesten. De man die zondag langskomt om het vlees te snijden, en daarna vertrekt richting missie. Voor veel MAGA-mannen is dat geen probleem. Want die kinderen zijn geen mensen met een binnenwereld, maar verlengstukken van hemzelf.


Mijn vader had een diepe haat voor zijn eigen vader, een bloembollenkweker uit Lisse met tien kinderen bij twee vrouwen. Zonder ingrijpen van een goede vriendin waren beide vrouwen in het kraambed gestorven, maar gelukkig heeft mijn oma haar leven aan die vrouw te danken. Mijn opa noemde zijn kinderen gekscherend 'het personeel,' wat meer als een bekentenis dan grap klinkt. De buurt vond hem charmant – hij bracht altijd rozen mee voor zijn vrouw. Maar het waren áltijd rozen. Zijn favoriet. Nooit de bloemen die zij wilde.


Hoewel zijn imperium kleiner was dan dat van Musk, dacht hij volgens dezelfde logica: alles is er om jou als man te dienen. En ik snap hoe mijn vader daar de alcoholistische thuisvader van werd, die zijn kinderen sloeg. Wat ik moeilijker te vergeven vind, is dat hij geen enkele poging deed om het patroon te doorbreken. Alles was altijd de schuld van iets buiten hem. Hij herhaalde exact hetzelfde met zijn eigen vrouw en kinderen. Wij waren dan geen personeel, maar wel zijn verlengstuk.


En zo is het bij Musk niet anders. Want hoe hypermodern zijn tech-imperium ook oogt, zijn familiedynamiek leest als een herhaling van een oud script. Zijn eigen vader, Errol Musk, was een grillige en dominante figuur die Elon volgens biograaf Walter Isaacson zowel vreesde als verafschuwde. In interviews noemt Musk hun relatie “toxic,” “evil,” en “abusive”—en toch echoot zijn huidige gedrag datzelfde patroon van controle, afwezigheid en instrumentalisering. Errol verwekte meerdere kinderen bij verschillende vrouwen, onder wie een stiefdochter met wie hij later ook een relatie kreeg. Elon noemde het “creepy,” maar lijkt onbewust precies hetzelfde pad te volgen: vrouwen benaderen, zwijgplicht eisen, en kinderen beschouwen als een rationeel project in plaats van een relationele verbintenis. Isaacson beschrijft hoe Elon’s jeugd werd getekend door een vader die zijn gezin als bezit behandelde—dezelfde logica die nu zijn eigen vaderschap kleurt.


Want al noemt Musk zijn kinderen liefdevol zijn 'legioen', dat klinkt eerder als militaire metafoor dan als familie. In dat legioen is geen plek voor tegenspraak. Geen ruimte voor moeders die niet tekenen bij het kruisje. De vrouwen in zijn leven krijgen de bloemen die híj mooi vindt – figuurlijk én letterlijk. Claire Boucher (Grimes) raakte bijna failliet door een rechtszaak die haar kinderen betrof. Ashley St. Clair mocht zijn naam niet op het geboortecertificaat zetten. Shivon Zilis, die volgens biograaf Isaacson een "speciale status" heeft, lijkt de enige uitzondering. Wie gehoorzaamt, wordt beloond. Wie weigert, wordt gestraft. Financieel, juridisch, sociaal. Zo herhaalt zich niet alleen het patriarchale script, maar ook het trauma. Van vader op zoon, van zoon op kind.


Mijn oma was een zelfstandige hoofdzuster, maar werd alsnog volledig overheerst door mijn opa. Daarna werd ze huismoeder, met kindermeisjes onder zich, maar zonder echte autonomie. Mijn moeder verdiende het inkomen, maar mijn vader beheerde het geld. Waarschijnlijk was mijn opa daarom ondernemer: dan was híj de baas. Net als Musk. Die valt niet op volgzame tradwives, maar op zelfstandige vrouwen die hij daarna kan inkaderen. Niet stil en gehoorzaam, maar juist slim en zichtbaar – zolang zij zich uiteindelijk toch voegen naar zijn verhaal.


"A free bird leaps on the back of the wind..." – Maya Angelou, "Caged Bird" (1983)

Er is een vogel die zingt. Niet omdat ze vrij is, maar omdat ze opgesloten zit achter tralies van verwachtingen, rollen, en zorgvuldig aangeleerd zelfverraad. Dat zingen is geen lied, maar een kreet van overleving. Angelou's 'Caged Bird' is geen poëzie meer. Het is diagnose.


De vrije vogel – de vrouw met verlangen, ambitie, woede – wordt niet gevierd. Ze wordt getemd. Afgeremd. Gevormd naar wat wenselijk is. Ze is te luid, te wild, te veel. Dus leert ze zichzelf op te sluiten in de kooi van de ander. Niet met geweld, maar met een glimlach. Door het verheerlijken van zelfopoffering als moreel ideaal. Als vrouwelijke deugd. Vrouwen worden beloond voor het slikken van hun verlangen – en gestraft als ze het uitspreken.


Feministisch denker Bell Hooks noemt dit in All About Love (2000) "emotionele slavernij": "Women are often taught that loving means sacrificing our needs and desires, and that a truly loving woman puts everyone else first."


Maar liefde die vraagt om zelfverloochening is geen liefde. Het is conditionering. En ik schrijf dit niet vanuit veilige afstand, maar met schrammen op mijn vleugels. Als fotograaf stond ik op het punt om door te breken: steeds grotere opdrachten, momentum, zichtbaarheid. Tot er moeilijk werd gedaan over een opdracht voor Femke Halsema. "Je verantwoordelijkheid ligt nu bij het kind," kreeg ik te horen. "Dat kon je van tevoren weten."


Natuurlijk deugde niemand genoeg om op te passen – althans, niet volgens de morele meetlat die plotseling uit de lucht kwam vallen. Opeens trok iemand mijn shirts naarbeneden en fluisterde dat het van hem was. ‘Nee, is van mij,’ zei ik regelmatig verontwaardigd terug. Voordat mijn dochter geboren was, deed mijn ex dat niet. Mijn zichtbaarheid, mijn tijd, mijn bestaan – gekaapt. Niet met geweld, maar met verstikkende vanzelfsprekendheid.


En mijn moeder? Die had mij de vrijheid kunnen gunnen die haar is ontnomen. Maar in plaats daarvan werd ze de hulpsheriff van het patriarchaat. "Je bent nu zoveel completer sinds je moeder bent." Alsof ik tot dat moment een mislukte schets was. Alsof je pas meetelt als vrouw wanneer je een kind op de wereld hebt gezet.


Dat opsluiten van de vrije vogel zie ik ook bij Grimes en St. Clair. Alleen is hun kooi verguld, juridisch dichtgetimmerd, bewaakt door een miljardair met Godcomplex. Terwijl de wereld Musk blijft zien als visionair, herkennen zijn exen het draaiboek van een patriarchale nachtmerrie: contracten in plaats van gesprekken, zwijgplicht in plaats van samenzijn, en vaderschap als spreadsheet.


Mijn oma moest haar uniform uit zodra ze trouwde – zelfstandigheid gedoogd tot de plicht riep. Mijn moeder deed alles, maar mijn vader bleef de baas. En ik? Ik dacht dat ik was ontsnapt, tot ik moeder werd. Toen sloeg hij om: van partner naar controleur. Alles moest wijken voor zijn angst. Ik mocht blijven – maar alleen als moeder. Niet als de vrouw op wiens ambitie hij ooit verliefd werd. Al gooide hij een balletje op over een plastisch chirurg, als 'de boel echt begon te zakken.' Ik lachte nog, omdat ik dacht dat het een grap was. Tot hij na de relatie bevestigde bloedserieus te zijn en nog toegaf dat hij had gepusht voor een cup groter, als we nog bij elkaar waren geweest.


Na een paar vragen werd het ineens pijnlijk helder. Hij had geen idee waar het litteken tussen mijn ring en middelvinger op mijn rechterhand vandaan kwam – een melige bui met een ballon op mijn zeventiende, waardoor ik een vaas probeerde op te vangen, maar vijf hechtingen cadeau kreeg. Soms denk ik: hoe kwam niemand in mijn jeugd op ADHD? Maar goed, focus. Een detail dat zich in mijn lichaam heeft gegrift, maar blijkbaar niet in zijn geheugen.


Dat ik wagenziek word? Had hij óók niet onthouden. Je kunt een slecht geheugen hebben, maar níets meer weten van al die keren dat ik kotsmisselijk naast hem zat in de auto of een achtbaan — en dat ik dat ook gewoon zei? Hij zei dat ik hem dingen verweet die hij niet kón weten, en hem behandelde als een vijand. Alsof dat het probleem was, in plaats van dat hij mij niet echt kent. En toen kwam ik weer terug bij dat moment, 3,5 jaar in onze relatie. Hij keek me aan met die zachte blik van vroeger. Verliefd. “Meisje met de mooie blauwe ogen,” zei hij. Ik keek verbaasd op: “Ze zijn groen.” “Maar… je hebt toch lichte ogen?” “Niet alle lichte ogen zijn blauw.” Hij keek alsof je me voor het eerst zag. En misschien was dat ook zo na 3,5 jaar tijd. "Maar mijn kleur weet je niet." "Die zijn blauw!" "Oh."


Wat mij ook opviel is hoe hij constant vroeg wat ik wilde ‘hebben’ als ik bijvoorbeeld verdrietig was. Alsof troost iets is wat je afrekent bij een kassa: “Kan je gewoon een kop koffie voor me zetten?” vroeg ik dan. Ik werd zeker goed verzorgd op een manier, maar echte interesse en empathie was er niet. Nee, natuurlijk ben je niet ‘postnataal depressief’ als je suïcidaal bent en jankend in een badkuip zit. Je hebt gewoon een schop onder je kont nodig. Zonet lachte je nog om een meme. En toen ik al die momenten op een rij zette — het litteken, de ogen, de wagenziekte, de koffie, de badkuip — wist ik ineens zeker: hij meende het echt, die opmerking over de chirurg na mijn zwangerschap. Daardoor snap ik denk waarom mannen steeds rechtser worden, want materie voorzien is misschien wel makkelijker dan oprechte interesse.


Dat is de ware kooi: geen tralies van staal, maar van goedbedoelde dwang, van rollen die als vanzelfsprekend voelen, van liefde die verpakt wordt als zelfuitwissing. Een systeem waarin je leert dat houden van betekent: jezelf kwijtraken. Dat je pas telt als je jezelf wegcijfert. Grimes zingt, maar niet van vreugde. Ze zingt omdat het alternatief stilte is. Omdat ze weet dat als zij haar stem verliest, er niemand overblijft die het verhaal vertelt. 

Het is verleidelijk om neer te kijken op de vrouwen van Musk. Om te denken: eigen schuld, dikke bult. Je wist waar je aan begon. Je tekende toch zelf dat contract? Je liet je toch zwanger maken door een man die kinderen “zijn legioen” noemt? Maar die redenering is gemakzuchtig. Alsof controle altijd als controle binnenkomt. Alsof je alleen slachtoffer kunt zijn als je vleugellam begint.


Ja, sommige vrouwen kiezen bewust. Voor status, voor financiële zekerheid, voor een man die alles lijkt te belichamen wat hen ooit werd afgenomen: daadkracht, controle, grootheidswaan. Maar dat maakt hen nog niet vrij. De vrouwen rondom Musk worden vaak pas opgesloten nadat ze al ja hebben gezegd. Niet op één moment, maar stukje bij beetje. Eerst bewondering, dan begrenzing. 


En dus is het niet domheid. Het is het script. Het is een systeem dat vrouwen steeds opnieuw leert dat hun liefde pas telt als ze zichzelf ervoor opofferen. Niet omdat iemand het zegt. Maar omdat iedereen het denkt. Omdat het diep zit. Ik schrijf dit niet als aanklacht tegen één man, maar tegen het hele systeem dat hem mogelijk maakt. Dat hem toejuicht. Ik schrijf dit omdat stilte geen optie is. En zingen soms het enige is wat rest, als je vleugels nog niet genezen zijn – maar de kooi al open staat.


 
 
 

Recente blogposts

Alles weergeven

Comentarios


bottom of page